Rivierenwijk en de impasse van de Amstellaan
Woensdag 20 mei maakte ik kennis met de kopgroep en een aantal andere actieve bewoners van Rivierenwijk. Zoals u weet is de Rivierenwijk een herstructureringswijk, waar ongeveer 500 woningen gesloopt zouden worden en waar bijna 1000 nieuwe woningen zouden moeten komen, en een nieuw wijkvoorzieningencentrum. Met zo'n impuls zou de wijk weer nieuw elan moeten krijgen.
Al vier jaar ligt de zaak echter plat, en de bewoners zijn daar terecht uiterst boos en gefrustreerd over. Veel oude bewoners zijn 4 jaar geleden tegen hun zin hun huis in Rivierenwijk uit gegaan en wonen nu elders. Ze wonen nu duurder, en missen hun oude buurt. De vrijgekomen huizen zijn ondanks de plannen voor nieuwbouw nog steeds niet gesloopt, en worden nu bewoond door studenten. De mooie beloften zijn dus niet nagekomen. Dat heeft twee oorzaken. De eerste is dat corporatie Rentree, die dit allemaal zou betalen zich financieel ernstig vertild heeft. De tweede reden, die daarmee samenhangt is dat de Amstellaan, die de wijk doorsnijdt, in het plan door Rentree op een uitermate kostbare manier over een grote lengte verdiept zou worden. En dat blijkt nu in die vorm niet betaalbaar te zijn, en daarom ligt alles stil.
De gemeente heeft in 2005 afgesproken dat woningbouwvereniging Rentree het hele project zou trekken. Op die afspraak moeten we terugkomen, want zo komen we niet uit de impasse. Ik ga me daarom persoonlijk inzetten om een oplossing te vinden, om te beginnen voor de Amstellaan. Want als we daar uit zijn, kan de rest ook beginnen. Gelukkig ving ik uit de kopgroep geluiden op dat men snel een realistisch en haalbaar plan wil, en vooral vraagt om doortastendheid. Met een veilige verkeersvrije verbinding tussen de beide wijkdelen. Daar ga ik aan werken.
Een tweede duidelijke vraag was om de handhaving te intensiveren. Dat gaat om meer dan formeel handhaven, maar ook over de manier hoe mensen leven. Te veel kamerverhuur, parkeeroverlast, ramen met lappen er voor in plaats van gordijnen, onderhoud van openbaar en particulier groen. Kortom het aanzien van de buurt. Men vraagt om een handhaver die mensen aanspreekt op woongedrag. Er is budget voor.
Zaterdag 29 mei is
bewonersdag. Ik ben dan in de wijk. Wie me aan wil spreken is welkom. Ik ben gewoon Jos en astjeblieft geen meneer wethouder, en je kunt me gewoon aan de jas trekken. Doen. Binnenkort maak ik ook nog een fietstocht met bewoners door de wijk.
Dodenherdenking en bevrijdingsdag
Elk jaar loop ik mee in de stille tocht op 4 mei. Dat deed ik als klein kind ook met mijn vader. Dan liepen we vaak in een stille tocht naar het monument halverwege de Cauberg in Valkenburg. Ik wist niet waarom mijn vader juist daarheen wilde. Pas jaren later kwam ik er achter dat de verzetsleden die daar, halverwege de Cauberg vermoord waren mijn vader geholpen hebben te vluchten uit Duitsland, waar hij als dwangarbeider werkte. Mijn vader was heel erg met de oorlog bezig. En op die manier is de oorlog ook deel van mijn leven geworden. Ik herinner me nog steeds zijn angst, zijn trauma's. Nu mijn vader er niet meer is lijkt zijn pijn over de oorlog nog steeds bij mij te zijn. Raar dat ik daar zelf zo door geëmotioneerd raak. Vreemd dat ik daar elk jaar weer de tranen van in mijn ogen krijg. Alsof ik nog naast mijn vader sta, op de Cauberg.
Bevrijdingsdag is gelukkig de andere kant. Al heb ik een wat dubbel gevoel over al dat geroep over "vrijheid". Natuurlijk, het is goed dat we van het nazi-juk zijn bevrijd. Maar het begrip vrijheid is ingewikkelder. De vrijheid van het ene individu en de vrijheid van de ander staan vaak op gespannen voet. Dat merken we maar al te goed in de spanningen tussen etnische groepen van de laatste jaren: hoeveel vrijheid geven we onze allochtone landgenoten om hun eigen cultuur te beleven, en hoeveel aanpassing dwingen we bij hen af? Vrijheid is een balans van geven en nemen, de grootste vrijheid is wellicht de keuze om die vrijheid niet te benutten maar aan een ander te laten. Ik merk daarvan te weinig, Vrijheid wordt opgeëist, vrijheid wordt nu in dit land te weinig geschonken. Ik pleit op Bevrijdingsdag voor meer tolerantie, zodat we in de vrijheid van de ander onze eigen geestelijke vrijheid geborgd zien.
1 mei: solidariteit
Afgelopen zondag was het 1 mei. Traditioneel gaan we (de PvdA) in verzorgingshuis Humanitas aan de Radboudlaan rozen uitdelen. Ook dit jaar. We bezochten eerst de recreatiezaal, waar enkele tientallen ouderen ons al verwachtten. Daarna zijn we in huis onze leden langsgegaan om ze persoonlijk te bezoeken.
Deze ouderen hebben hard gewerkt om het land op te bouwen. Nu zorgen we goed voor hen. Dat is solidariteit, tussen jong en oud. Dat lijkt zo vanzelfsprekend. Maar die vanzelfsprekendheid verdwijnt. Vroeger was een oudere per definitie arm en hulpbehoevend. Nu niet meer, er zijn vele vermogende ouderen die het prima geregeld hebben. Geen wonder dat je steeds vaker hoort onder jongeren dat ze niet meer willen betalen voor de baby-boomers. Die zouden het zelf al veel te goed hebben. Dat klopt wel en dat klopt niet. We vinden dat we de vermogende ouderen best een bijdrage mogen vragen aan het betalen van de verzorgingsstaat. Maar dat is niet alleen een financieel vraagstuk. Het heeft er mee te maken hoe mensen met elkaar omgaan. Solidariteit betekent ook af en toe bij een bejaarde op de koffie gaan, en ze laten merken dat ze er ook bij horen. Ook op 1 mei.